Oranje vereniging 't Harde en het Gemeentebestuur van Elburg leggen kransen bij monument langs de Eperweg op 't Harde
05-05-2022
Op 't Harde werd er verzameld op het winkelcentrumplein van waar de stilletocht naar het monument voor “Ted†Bachenheimer aan de N309 Eperweg liepen om kransen te leggen. Van daar ging de stille tocht naar de pleintje van Mariposa waar twee minuten stilte werd gehouden.
Het monument voor Theodore Bachenheimer in ‘t Harde (gemeente Elburg) is opgericht ter nagedachtenis aan de geallieerde soldaat van Duits-joodse afkomst die hier op 22 of 23 oktober 1944 door de bezetter is gefusilleerd.
Theodore ‘Ted’ H. Bachenheimer werd geboren op 23 april 1923 in Braunschweig, Duitsland. Het joodse gezin Bachenheimer emigreerde in 1934 naar de Verenigde Staten, waar Theodore’s ouders werk vonden in de amusementsindustrie van Hollywood. Theodore meldde zich daar in 1942 aan als vrijwilliger in militaire dienst bij het 504th Parachute Infantry Regiment. Hij nam het Amerikaanse staatsburgerschap aan en trouwde, vlak voordat hij werd uitgezonden naar Europa, met Ethel Murfield.
Na operatie Market Garden, waar Bachenheimer in mee vocht, werd hij samen met de Britse soldaat Peter Baker ingezet bij operatie Windmill. Het was hun taak om de Windmill-lijn op te zetten. Dat hield in dat ze een route moesten ontwerpen waarlangs de geallieerden zouden kunnen vluchten.
In de nacht van 11 op 12 oktober 1944 maakte Baker bij Tiel de overtocht over de Waal. Een nacht later volgde Bachenheimer die tijdens zijn overtocht een telefonisch spionagenetwerk uitrolde. Beiden werden ondergebracht bij boer Fekko Ebbens. Zijn boerderij werd echter in de gaten gehouden door de Duitse Sicherheitsdienst. In de nacht van 16 oktober 1944 werd de boerderij omsingeld en werden Bachenheimer en Baker gearresteerd, samen met tien anderen. Nadat hun uniformen waren gevonden, werden Bachenheimer en Baker van de rest gescheiden en weggevoerd naar Tiel. De volgende dag werden ze ’s ochtends vroeg samen met de andere gearresteerde personen vervoerd naar een dorp nabij ’s-Hertogenbosch. Baker en Bachenheimer werden daar urenlang verhoord.
Op 18 oktober werd het tweetal vervoerd naar een krijgsgevangenkamp te Culemborg. Vanuit dat kamp moesten ze lopend naar een krijgsgevangenkamp in Amersfoort.
Op 22 oktober 1944 werden ze op transport gezet richting een kamp in Fallingsbostel. Tijdens dit transport zijn de vier man gevlucht uit de trein, een daarvan was Bachenhemer. Het wordt aangenomen dat hij hierna opnieuw door de bezetter is opgepakt. Waar en wanneer dit precies is gebeurd is niet bekend. In de avond van 22 op 23 oktober reed er een truck van de Wehrmacht over de Eperweg. Rond negen uur in de avond klonken er twee schoten. De volgende ochtend werd het lichaam van Bachenheimer in de berm aangetroffen. Hij was in zijn achterhoofd en nek getroffen.
In de middag van 23 oktober werd Theodore H. Bachenheimer begraven op de Eekelenburg in Oldebroek. In april 1946 werd hij herbegraven op de Amerikaanse militaire begraafplaats in Neuville-en-Condroz te België. Drie jaren later kreeg Bachenheimer zijn laatste rustplaats op het Beth Olam Jewish Cemetery in Hollywood.
Het gedenkteken aan de Eperweg is vlak na de bevrijding onthuld.